
Nadat Nederland op 5 mei 1945 officieel bevrijd was,
besloot de toenmalige regering Gerbrandy dat het eerste nationale bevrijdingsfeest zou worden gehouden op de verjaardag van koningin Wilhelmina, op 31 augustus.
Door het Comité "Nederland herdenkt 1940-1945" werd een
groot feest voorbereid in het Olympisch Stadion in Amsterdam. Voordat het zover was, besloten
leden van voormalige verzetsgroepen en nabestaanden aan de vooravond van die feestdag op verschillende plaatsen in het land stille tochten te houden naar de plaatsen waar hun dierbaren tijdens de oorlog gefusilleerd waren.

Het opgraven van een massagraf in augustus 1945
Dat gebeurde onder andere op de Waalsdorpervlakte bij Den Haag.
In 1945 werd de Commissie "Nationale Herdenking 1940-1945" opgericht. Omdat de stille
tochten op 30 augustus 1945 zo indrukwekkend waren geweest en zoveel mensen op de
been brachten, wilde de commissie proberen er een nationale traditie van te maken.
Omdat de bevrijdingsdag op 5 mei viel, zouden voortaan op de avond van 4 mei overal in het land
plaatselijke herdenkingen worden gehouden, met als belangrijk onderdeel twee minuten
stilte, vaak bij een plaatselijk oorlogsmonument.
Tot 1968 werd de viering van de bevrijding op 5 mei nog wel eens naar een andere dag verschoven omdat die datum op een zondag viel.
Daarmee verschoof noodgedwongen ook de dag van de herdenking. Omdat daar in de
loop van de jaren vaak verwarring en discussie over ontstond, besloot de regering in 1968
herdenken en vieren altijd op 4 en 5 mei te organiseren, ongeacht de dag van de week.
In Friesland werd direct na de bevrijding op 18 april 1945 de Vereniging 'Friesland 1940-
1945' opgericht met een stichting voor het uitvoeren van allerlei activiteiten . Hoofddoel
van de vereniging was van meet af aan de zorg voor nabestaanden van Friese
verzetsslachtoffers en het hooghouden van de betrokkenheid bij de nationale belangen van
vrijheid en saamhorigheid.
Later is daar ook het streven bijgekomen naar het levend houden
van de herinnering aan het wezenlijke van het verzet: de absolute afwijzing van de
verderfelijke ideeën van de nazi's en van elk symptoom van nog voortwoekerend racisme
Prijsvraag grafopschriften van gevallenen in de illegale strijd.
De vereniging Fryslân 1940-1945, de stichting/vereniging Friesland 1940-1945, de Commissie Oorlogsgedenktekens 1940-1945 Friesland, hadden een prijsvraag uitgeschreven voor een Friestalig opschrift op de grafstenen van hen, die in de ondergrondse strijd tegen de Duitsers gevallen waren. De jury, de heren J. Piebenga, F. Sierksma en IJ. Poortinga, was klaar met hun beoordeling van de 73 geldige inschrijvingen. Uit het grote aantal deelnemers aan de prijsvraag bleek wel dat er rondom grote belangstelling was. De eerste prijs werd op 17 november 1945 bekend gemaakt:
Jan A. de Vries, Balk 331 (Raadhuisstraat 29) werd de winnaar met het opschrift:
FALLEN YN 'E STRIID
TSJIN ÛNRJOCHT EN SLAVERNIJ
DAT WIJ YN FREDE FOAR
RJOCHT EN FRIJDOM WEITSJE'
De vertaling luidt:
Gevallen in de Strijd
tegen Onrecht en Slavernij,
Dat wij in vrede voor
Recht en Vrijheid Waken.

Dit opschrift zal dus voortaan op de grafstenen van de verzetstrijders aangebracht worden. Het is sober en sterk, typerend de strijd en de plicht van de levenden ten opzichte van de gevallenen.
De tweede prijs was voor de heer G. Griepma uit Joure met: “Fallen foar frijdom en rjocht; Achtsjende de mienskiplike saek heger as it libben fan har sels” (Gevallen voor vrijheid en recht; achtende de gemeenschappelijke zaak hoger dan voor hun zelf”).
De jury kende twee keer de derde prijs toe. P. Halma uit Huizum met: “Frij man – as dy’t hjir leit – elts dy’t syn lok foar heger lok forsmyt” (Vrij man - zoals die hier ligt – ieder die zijn geluk voor hoger geluk ter zijde legt”). De andere derde prijs was voor de heer W.P. Altena uit Makkum die de spreuk had ingestuurd: “Hjir rêst in helt, dy’t stridend stoar foar lân en folk troch Dútske hân. In frije fries gjin slaef” (Hier rust een held die strijdend stierf voor land en volk door Duitse hand. Een vrije Fries, geen slaaf!”).

Op 1 maart 1946 werd de uitslag bekend gemaakt welk ontwerp voor de steen de tekst van Jan Aukes de Vries zal dragen. Onder het motto “En de toortsen branden op de terpen” ontwierp Marius Duintjer (architect te Amsterdam) de zuil. Jan Aukes de Vries en Marius Frans Duintjer (Veendam 22-12-1908 – Amsterdam 2-5-1983) kregen tijdens de tentoonstelling op 29 november 1946 (tot 7 december) - samen met de andere prijswinnaars- een Folkskunstalbum als prijs overhandigd van de Vereniging Fryske Folkskunst in het Fries Museum.
Op 4 november 1947 werd de eerste gedenkzuil geplaatst op het kerkhof van Tzummarum. Hierop wordt de 26-jarige eerste KP’er Evert Sijbesma herdacht. Hij sneuvelde op Bevrijdingsdag 15 april 1945 in Noordbergum.